#Blog 9: Inspirerende Indo’s

Als mensen vragen wat we allemaal willen doen tijdens onze huwelijksreis begin ik altijd met: We starten in Jakarta om een vriend op te zoeken. Die vriend is Sjors. En eigenlijk heet hij geen Sjors, maar Georges en is hij helemaal geen vriend van me. Maar toch voelt het zo.
2013
Drie jaar geleden interviewde ik Georges voor Indisch 3.0. Op dat moment stond hij op het punt zijn huis in Rotterdam te verkopen en voor onbepaalde tijd naar Indonesië te vertrekken. Hij wilde iets betekenen voor de kinderen in de slums. Emigreren wilde hij het niet noemen, want ‘misschien ben ik over een maand weer terug, omdat het niet werkt’. Inmiddels zijn we dus drie jaar verder en zit Georges er nog steeds. Ik ben heel erg benieuwd hoe het hem vergaat. Als ik hem mail dat we hem graag komen opzoeken, is hij enthousiast en stuurt hij ons een mooi verzorgd documentje met tips over Jakarta, met zijn favoriete hostels en hotels, restaurants, do’s and dont’s, etc.. Superfijn en typisch Georges. On top of things.

2016
Zaterdag 27 februari landen we in Jakarta. We verblijven in één van zijn favoriete hotels: het Artotel. (Later vertelt hij ons dat hier tegenover de IS bomaanslag is gepleegd. Je merkt er nu niks meer van en Jakarta has moved on, het leek alsof er in Nederland langer over nagepraat werd dan in Jakarta zelf, zegt hij.) De volgende dag staan we vroeg op om Georges in actie te zien. Hij heeft een programma opgezet om jonge kinderen te inspireren en ze de wereld buiten de slums te laten zien. Elke zondag is hij onder dezelfde viaduct te vinden. De plek ligt 10 km bij ons hotel vandaan, niet zo ver zou je denken, maar toch al snel 45 minuten met de taxi in Jakarta. Traffic hier is vre-se-lijk.

Het regent, de taxichauffeur kan de weg niet goed vinden, we vergissen ons met de nullen van de rupia’s en willen hem bijna een heel maandsalaris betalen voor het ritje. We komen er op tijd achter en ondanks onze fooi, laten we de chauffeur ietwat teleurgesteld achter. We lopen onder het viaduct door op zoek naar kinderen in groene shirtjes van de stichting van Sjors. We passeren kleurrijke mobiele stalletjes met bizarre snacks in plastic zakjes, jeugd die op hun scooter hangt, schuilend voor de regen, een bizarre hoeveelheid aan afval opgestapeld rechts van ons. Georges ziet ons aankomen en dirigeert ons om het terrein heen naar de ingang van de voetbalveldjes met kunstgras. Er staan zo’n 30 kinderen te wachten die ons met grote ogen aanstaren. Het worden er steeds meer en uiteindelijk doen er vandaag zo’n 60 kinderen mee. Het leek mij al veel, maar normaal zijn het er 300. De kinderen zitten net als op school, op leeftijd verdeeld in groepen. We worden voorgesteld, de kinderen zingen het volkslied (voor het gevoel van trots), bidden, en gaan dan bij hun begeleiders zitten om hun werkstukjes te maken. Het thema deze maand was familie. Ze hebben er een film over gezien en nu maken ze een bordspel. Ik maak wat foto’s en weet niet zo goed hoe ik mee moet doen met het gebeuren. Maar een vrijwilligende moeder ziet me staan en dirigeert me naar een plekje en laat me een groepje kinderen helpen. Deze moeder blijkt doof te zijn, maar kennelijk is ze daarom een ster in woordloze communicatie. Voor ik het weet ben ik aan het knippen, plakken en kleuren met de kinderen en is de kloof gedicht. Met een constante brok in mijn keel beleef ik de ochtend. Deze kinderen spelen niet alleen hier onder de viaduct, ze wonen hier ook. Mijn bewondering voor Georges groeit nog meer. Tijdens de ochtend houdt hij zich bewust afzijdig, de stichting wordt uitgebreid met meerdere locaties en hij moet de boel uit handen gaan geven. Dat vindt hij moeilijk, maar het is de enige manier om te groeien. Hij heeft heel hard gewerkt aan een concept, waarbij er ‘dreamboxes, kunnen worden besteld, waarmee 25 kinderen geïnspireerd kunnen worden. Zijn ervaring van de afgelopen jaren is hierin verwerkt, samen met de expertises van zijn partner-in-crime Jenny en een stel pedagogen. En nu is de box klaar om verspreid te worden.

In april lanceert Georges The Inspiration Factory, de opvolger van de Stichting van Sjors, met in totaal 18! locaties! Er dan 950 kinderen deelnemen aan zijn programma in 5 verschillende steden. Wauw! En dit alles drijft op de inzet van Georges, Jenny, de sponsors die ze vonden en de vrijwilligers die zich elke week inzetten om deze kinderen handvatten, inspiratie en een visie te geven voor hun toekomst. Om hun droom werkelijkheid te maken. Aan het eind van de ochtend wordt er gezongen voor de kinderen die die maand jarig zijn geweest. Ze krijgen een cadeautje, dat voor sommigen het enige verjaardagscadeau is dat ze dat jaar zullen krijgen. Vervolgens lopen er 60 kinderen langs om de vrijwilligers te bedanken. Ik krijg 60 handjes, sommigen geven een kus op mijn hand, anderen houden mijn hand tegen hun wang of voorhoofd, ik lach en slik mijn tranen in.


WARE INSPIRATIE
Met een klein groepje gaan we lunchen. We rijden mee met Petra, een fotograaf. Zijn oma is 90 (en heeft dus Nederlands-Indië meegemaakt) en hij vertelt ons dat ze altijd ‘ik ga slapen, ik ben moe’ voor hem zong. Een deel van zijn familie woont in Breda, maar hij is er nooit geweest. Ik vraag me af waarom dan destijds niet het hele gezin naar Nederland is vertrokken, hij weet het eigenlijk niet. Maar later begrijp ik van gesprekken met andere mensen dat dat vaak een geld-issue is geweest. Niet iedereen had het geld om de overtocht met zijn allen te maken en in Nederland hadden de gezinnen het vaak zo zwaar, dat er geen geld was om de rest ook over te laten komen.
Tijdens de lunch schuift er ook journalist Andrew aan, een advocaat die in zijn vrije tijd stukken schrijft voor o.a. Our Better World. Hij woont in Singapore en is voor 1 dag overgekomen om over de stichting van Sjors te schrijven. Tijdens de lunch wordt duidelijk hoe de field trips werken. Naar de bios gaan, is niet gewoon een leuk uitje naar een film. Ze gaan met de bus, dus zien ze de buschauffeur, de kaartjesknipper in de bioscoop, een kassamedewerker, etc. Allemaal beroepen die ze kunnen worden. Het maken van het spel, is niet enkel een leuke kleurplaat. Elke opdracht laat de kinderen nadenken over hun droom en welke stappen ze die dag, die week of die maand hebben genomen om hun droom te verwezenlijken. Zo wordt hun droom steeds concreter, bereikbaarder, zo leren ze het heft in eigen hand te nemen om hun situatie te ontstijgen.

Kunnen Georges en Jenny in hun eigen onderhoud voorzien met hun werk? Nee, Georges leeft nog steeds van zijn spaargeld (maar dat gaat een keer op…) en Jenny komt van een goede familie die haar in staat stelt dit te doen. Ze zegt: we worden geboren met bepaalde gaves (gifts) en deze moeten we doorgeven aan anderen. Het is zo mooi hoe deze twee mensen in het leven staan en al hun tijd, skills en geld investeren in hun droom:

“TO INSPIRE UNDERPRIVILEGED CHILDREN TO FULFIL THEIR DREAMS AND INFLUENCE THE WORLD WITH THIS LEGACY.”

Aan het eind van onze huwelijksreis zijn we weer in Jakarta. Ik vraag Georges of we nog even live kunnen bijkletsen en hij vraagt ons waar we zin in hebben. Ik kaats zijn vraag terug: wat doe jij graag als je even en dag vrij hebt. ‘Wil je dat echt weten?’, vraagt hij. ‘Ik neem eigenlijk nooit vrij….’
Wat jammer dat ik niet voor I.N.D.O. seizoen 2 naar Indonesië kan. Als we het hebben over Inspirerende Indo’s dan is Georges mijn nummer 1!