Als je er langs loopt, kan je de verleiding niet weerstaan om eventjes naar binnen te kijken. Binnen is een wand bekleed met gouden, zwaaiende gelukskatten en de muren zijn diep rood geverfd. Het geeft een warme roodgouden gloed die de stoep verlicht. Verder valt op dat er niet meer dan zes tafeltjes met krukjes (voor stoelen is geen ruimte) en een toonbank ruimte moeten bieden aan een stuk of twintig gretige eters die zich storten op Maleisische en Chinese lekkernijen.
Het zaakje, Kampong Express – Super Crêpe is zo populair, dat er tot laat in de herfst nog een rij vastberaden klanten buiten in de kou wil wachten op een van die kleine eetplekjes. Als dat te lang duurt, is er altijd nog de mogelijkheid om aan een tafel buiten te eten, wat sommige hongerige Rotterdammers gerust doen. In de motregen met een winterjas aan.
Eigenaresse Tingjun Zheng is zichtbaar geëmotioneerd als ze probeert te duiden waar het succes van haar restaurant vandaan komt: “Het idee dat ik had toen ik net begon, was om mezelf hier in Nederland meer een thuisgevoel te geven door de gerechten uit mijn moederland te maken. Maar eigenlijk voel ik me steeds meer thuis hier door al die lieve mensen en lieve gasten die we ontvangen.”
De belangrijkste factor die bepaalt dat het zaakje in de weekenden bomvol zit, is natuurlijk gewoon lekker eten. De laksa (noedelsoep met kokos), de jian bing (gevulde pannenkoeken) en de verschillende dumplings zijn een paar van de publiekstrekkers. De schrijver van dit artikel keert steeds weer terug voor de zeer eenvoudige chicken dumpling soup, een helder soepje met kip, noedels en wat groente.
In de keuken ontfermt mevrouw Wu zich over het maken van de super crêpes, terwijl meneer Lam de meeste Maleisische gerechten maakt. En de dumplings? Die maakt Yun Ren, de moeder van eigenaresse Tingjun Zheng: “Mijn moeder is zo streng met eten. Ja, vooral met haar dumplings. We hebben ook collega’s dumplings proberen te laten maken. Maar dan was mijn moeder elke keer ontevreden. Vier- à vijfhonderd dumplings per dag maak ik”, vertelt Yun Ren terwijl ze met haar vingers de beweging van het vouwen van het deeg nabootst.
Maar heet het zaakje nu Kampong Express of Super Crêpe? Zheng had eerst een zaakje Super Crêpe aan de West-Kruiskade, totdat haar huurcontract in 2020 werd opgezegd en daarbovenop ook nog de corona epidemie uitbrak: “Dat is zeker een pittige tijd voor mij geweest, maar ik heb niet opgegeven natuurlijk, dat zit niet in mijn aard”, aldus de eigenaresse. Zo nam ze uiteindelijk het al bestaande Maleisische Kampong Express over en voegde daar haar eigen Chinese Super Crêpe gerechten aan toe. Binnenkort opent ze een tweede vestiging met hetzelfde concept in Den Haag. En is haar moeder, Yun Ren, trots op dit ondernemerschap van haar dochter? “Ja, honderd procent”. “Nee”, zegt Zheng daarop stellig: “Ik ben juist trots op mijn moeder, omdat ze zulke lekkere dumplings maakt.”