Carl Coppers, de eigenaar van het bekende Rotterdamse Café Spiegel, stapt naar de rechter. Hiermee hoopt hij de sloopt van de twee leegstaande ‘wederopbouw-panden’ te voorkomen en zijn zaak van de ondergang te kunnen redden.
Al jaren runt Coppers het café op de hoek van de Westewagenstraat en de Leeuwenstraat in het Laurenskwartier. Alle bedrijfsruimten op de begane grond worden op dit moment verhuurd aan zowel bedrijven als horeca. De woontorens boven het café staan er echter al tijden leeg en vervallen bij. Vastgoedhandelaar en oud-wethouder Hans Vervat heeft de panden voor 3 miljoen van de gemeente gekocht. Hij wil ze slopen en er nieuwe studentenappartementen bouwen. Andere horeca in de twee panden hebben minder problemen met de sloop.
Naar alle waarschijnlijkheid duren de sloop en nieuwbouw 3 jaar. Coppers ziet daar echter niets in voor de toekomst van zijn café. “Dat betekend niet dat je dan een even zo mooie onderneming weer kan opbouwen. Dan is het een andere economie, andere klanten mensen gaan weg. Als de Spiegel weg is, is hij weg. Dan komt dat niet terug,” aldus de cafébaas.
Een ander ding dat de cafébaas en ook enkele partijen in de Rotterdamse gemeenteraad stoort is dat met de deal tussen de gemeente en Vervat de de beschermde status van de panden is opgegeven. Deze werden in 2012 aan de panden toegekend omdat deze ‘wederopbouwtorens’, gebouwd in de eerste jaren na het eindigen van de Tweede Wereldoorlog, van grote historische waarde zijn voor de stad.