Terug van weggeweest: Museum Rotterdam krijgt een nieuwe directeur-bestuurder, die als eerste een nieuwe locatie voor het museum gaat zoeken. “Ik sta te trappelen om te beginnen,” vertelt Léontine enthousiast.
In november 2020 sloten de deuren van Museum Rotterdam in het centrum. De locatie in de Coolhaven, waar de tentoonstelling over de periode 1940-1945 te zien is, bleef wel bestaan.
Museum Rotterdam krijgt per 1 oktober een nieuwe directeur-bestuurder, de Hilversumse Léontine Meijer- van Mensch (1972). De collectie van het gesloten museum is bewaard, en het eerste wat de nieuwe directeur wil doen is een locatie zoeken voor het museum. Hiervoor wil zij in gesprek gaan met de Rotterdammers. Wat vinden zij een mooie locatie voor het museum?
“Ik sta te trappelen om te beginnen”, vertelt de nieuwe directeur. Het moderne van de stad spreekt haar aan, en de diversiteit van de bewoners. Het gesprek met elkaar aangaan vindt ze een van de belangrijkste taken van een museum. “Laten we naar elkaars ervaringen luisteren, bijvoorbeeld over de woningnood in de stad”.
Op dit moment is Meijer-van Mensch directeur van drie volkenkundige musea in Duitsland. Haar ervaring als directeur van deze volkenkundige musea wil Meijer-van Mensch meenemen naar Rotterdam. Juist de diversiteit in de stad spreekt haar aan, vertelt ze. “In de stad wil ik de verschillende Rotterdammers samenbrengen in het museum.”
Duitse media schrijven dat Meijer-van Mensch bij hen een grote rol heeft gespeeld in het gesprek over de toekomst van volkenkundige musea. Bijvoorbeeld het kritisch bekijken van een collectie, waarbij geroofde voorwerpen en menselijke resten teruggestuurd worden naar het land van herkomst. Door de museumvoorwerpen te onderzoeken, worden ook de tentoonstellingen anders ingericht. Hiervoor werken zij samen met partners en musea uit de landen van herkomst.
De inhoud van Museum Rotterdam zal gaan over de veelzijdige geschiedenis van de stad, ook voor 1940. Daarnaast zal de toekomst ook een grote rol spelen. Ze wil Rotterdamse makers de kans geven om te laten zien hoe verschillende bewoners hun gezamenlijke toekomst in de stad voor zich zien.