In de luchtverkeerstoren, die toegankelijk is via een nauwe en steile trap die verraad dat de luchthaven al uit 1967 stamt, leidt de luchtverkeersleiding dag en nacht het vliegverkeer op Rotterdam The Hague Airport (56.554 vliegbewegingen in 2024) in goede banen. Vincent Weijand is al 15 jaar werkzaam in de toren. En nodigt OPEN Rotterdam uit om te zien hoe, wat bekendstaat als een van de meest stressvolle beroepen ter wereld, uitgevoerd wordt.
Dat stressvolle wordt door Vincent al direct genuanceerd. De opleiding tot luchtverkeersleider kent een uiterst strenge selectieprocedure waarin kandidaten zeer hoog moeten scoren op stressbestendigheid en het vermogen om te beslissen onder druk. De verkeersleiders in de toren zijn daarom allemaal goed uitgerust om snel, belangrijke beslissingen te maken zoals wie er als eerste mag landen. “Ik denk dat als je mij voor een klas kinderen zou zetten dat ik eerder stress ervaar”, vertelt Weijand hierover.
Een andere belangrijke competentie van een goede luchtverkeersleider is het beschikken over een uitstekend zicht. Vanuit de toren die rondom een panorama uitzicht verschaft over de hele luchthaven, ziet Vincent alles. Wat hij ziet en het radiocontact met piloten is de enige informatie die hij gebruikt om een overzicht te hebben van wat er zich in de lucht en op de grond afspeelt. Als hij van een kilometer afstand een kleine witte plastic zak ziet zweven over de landingsbaan, laat hij een Transavia piloot weten dat hij even moet wachten met opstijgen. Opdat de vliegtuigmotor niet beschadigd raakt.
De hulpmiddelen die de verkeersleiders gebruiken lijken primitief maar zijn uiterst betrouwbaar. De gegevens van de vliegtuigen op de grond en in de lucht worden op in een houder op een bord geplaatst, het strippenbord. De positie van een strip geeft aan welke positie een vliegtuig heeft. Rechts op het bord liggen de strippen van de gestationeerde vliegtuigen, op volgorde van startpositie. Links de strippen van alles in de lucht. In het midden ligt de strip van een vliegtuig dat mag landen of opstijgen. Zo kan het nooit voorkomen dat er twee vliegtuigen op de landingsbaan zijn.