OPEN-redacteur Zoë heeft na 8 afleveringen ‘Zoë zoekt een huis’ er eindelijk een gevonden. Volgens haar helaas niet via “het normale systeem”, maar via een particuliere aanbieder die haar benaderde. Ze is blij, maar het geeft haar een dubbel gevoel. Ondertussen maken de woningcorporaties een scheurkalender met foto’s en verhalen van 365 woningzoekenden, om deze groep een gezicht te geven.
Het was voor Zoë ook een verrassing. Ze kreeg een telefoontje van een vastgoedbeheerder die op korte termijn een woning voor haar vond. In het particuliere circuit dus, niet via de reguliere weg en ook nog eens naar aanleiding van de serie. “Natuurlijk ben ik blij, maar het voelt ook dubbel. Waarom is het nou niet via het ‘normale’ systeem gegaan met reageren en bezichtigen. Waarom is dat niet gelukt?”, vertelt Zoë.
Dat de woningnood nog steeds een feit is blijkt wel uit de actie van Maaskoepel, de samenwerkingsorganisatie van de Rijnmondse wooncorporaties. De organisatie fotografeert meer dan 365 woningzoekenden die op hun wachtlijsten staan om zo een kalender te maken die aangeboden wordt aan beleidsmakers “en alle mensen die het verschil kunnen maken”, vertelt Hedy van den Berk die bestuursvoorzitter is van woningcorporatie Havensteder. Naast de foto wordt ook hun verhaal opgeschreven.
Een van die verhalen is die van Nathalie Frans, die in 2021 gediagnosticeerd werd met een neurologische aandoening. Ze heeft daardoor een aangepaste woning nodig en de mogelijkheid tot 24 uur per dag zorg in de nabijheid. Ondanks de zorgindicatie is het haar nog niet gelukt om een geschikte woning te vinden. “Ik heb alles gedaan wat ik kon en daarmee ook mijn omgeving”, vertelt ze. Inmiddels is het voor haar uitzichtloos geworden en heeft ze besloten een levensbeëindigingstraject in te gaan. Ze doet mee aan de fotoshoot in de hoop dat het voor mensen na haar, die in dezelfde situatie terechtkomen, beter gaat.
“Wij als woningcorporaties zijn aan echt zet om een goed aanbod te doen voor deze groepen, maar daar hebben we ook andere partijen voor nodig”, vertelt Hedy, “In ieder geval de gemeente en alle gemeenten in deze regio, die bereid zijn om te bouwen voor de doelgroep die het dan ook nog moet kunnen betalen.”