Dakloosheid in Rotterdam neemt toe. Dat ziet ook Marco (55), die als vrijwilliger bij de Pauluskerk werkt. Zelf was hij zeven jaar dakloos, maar sinds kort heeft hij weer een eigen huis.
Het is druk in de Pauluskerk. De door Marco gesmeerde broodjes vinden er gretig aftrek bij de tientallen daklozen die ook vandaag weer langskomen voor een bakje troost, een gevulde maag en een toiletbezoek die voor vele anderen een vanzelfsprekendheid is.
Marco maakte tot voor kort ook zelf dankbaar gebruik van de Pauluskerk. Hij zwierf zeven jaar lang dakloos door Rotterdam na het verliezen van zijn werk en zijn huis. Dit leven ging hem niet in de kouwe kleren zitten. Toch ging hij er bewust mee om. “Ik ben al heel lang geleden met drugs en alcohol gestopt, voordat ik dakloos werd al. Maar in die tijd dat ik dakloos was heb ik altijd gezegd van, ik moet niet weer aan de drank en de drugs en de medicatie geraken, want dan ga ik er aan onderdoor.”
De Pauluskerk was voor Marco de plek om enigszins bij te komen. Slapen deed hij ‘s nachts zo min mogelijk, zodat hij warm kon blijven door te bewegen en niet in de problemen kwam. In de ochtend ging hij dan naar de Pauluskerk om met zijn hoofd op tafel bij te slapen.
Ook Marco ziet het aantal daklozen weer toenemen. “Kijk, mensen die scheiden en daardoor in de problemen komen zullen we altijd hebben, woningnood hebben we al honderd jaar, dat is ook altijd passen en meten geweest. Ook zijn er altijd mensen die liever een vrij leven lijden en er dus voor kiezen. Maar op dit moment is het toch weer een probleem, die dakloosheid’’, vertelt Marco. “Vooral arbeidsmigranten die geen werk meer hebben, of ze worden ouder. Dat probleem hadden we twintig jaar geleden nog niet. Niemand hoort op straat te slapen. Een dak boven je hoofd en te eten, dat heb je gewoon nodig.’’