Flinke schrik bij de Pauluskerk: een van hun vaste klanten is slachtoffer geworden van een bizarre mishandeling. Terwijl een dakloze lag te slapen bij de ingang van het Maritiem Museum, kreeg hij een stoeptegel op zijn hoofd gegooid. De beelden hiervan werden gedeeld in Opsporing Verzocht. Martijn van Leerdam, predikant-directeur van de Pauluskerk, reageert: “We horen wel vaker van onze bezoekers dat ze zich niet veilig voelen op straat. Maar dit is wel echt een extreem geval.”
De mishandeling gebeurt dinsdagochtend 5 november, iets voor 04:00 uur, bij de ingang van het Maritiem Museum. Het slachtoffer, een 37-jarige man zonder vaste woon- of verblijfplaats, ligt dan te slapen bij de ingang van het museum. “We hebben in de wandelgangen vernomen dat het een van onze vaste bezoekers is”, vertelt Martijn over het slachtoffer.
Vandaag rond 4.00 uur in de ochtend is een man ernstig mishandeld aan de #Leuvehaven. Herken jij deze man? https://t.co/BC02fufkmf #gezocht @POL_RotterdamC pic.twitter.com/wFNeOfX292
— Politie Eenheid Rotterdam eo (@POL_Rotterdam) November 5, 2024
De dader is daarentegen geen bekende van de Pauluskerk, deelt de predikant-directeur: “Als wij daar informatie over hebben, geven we dat natuurlijk als eerste door aan de politie. […] Maar het lijkt er niet op dat het een bezoeker is van de Pauluskerk.”
De Pauluskerk heeft elke nacht twintig bedden te vergeven, maar kan daarmee niet alle daklozen van de Rotterdamse straten halen. “Wij doen al heel lang ons best om de gemeente te verleiden om meer te doen aan daklozenopvang”, begint Martijn. “Maar het probleem is zodanig groot dat een liefdadigheidsclubje als de Pauluskerk gewoon niet sterk en groot genoeg is om dat op te lossen.”
Winteropvang
Volgens Martijn slapen er elke nacht zo’n 250 mensen op straat. Dat zou veel minder kunnen en moeten zijn, meent hij: “Terwijl de gemeente eigenlijk al een lege hal heeft, die voor de winteropvang wordt gebruikt. Het enige probleem met die winteropvang is dat ie maar een paar weken per jaar geopend is. En de rest van het jaar staan die bedden stof te vangen.”
De winteropvang gaat pas open bij een gevoelstemperatuur van 0 of lager, of bij extreme storm. Wanneer deze eisen van toepassing zijn, bepalen de vier grote steden (Amsterdam, Rotterdam, Utrecht, Den Haag) in overleg. Er is, in Rotterdam, plek voor 180 dakloze mensen. Het is een specifieke opvang aanvullend op de reguliere opvang.
Theo Breimer, woordvoerder verantwoordelijk wethouder Ronald Buijt, laat in een korte reactie weten dat er geen plannen zijn om de winteropvang eerder te openen. Dit vanwege de afspraken met de vier grote steden. Een uitgebreide schriftelijke reactie lees je hieronder.
Schriftelijke reactie Theo Breimer namens de gemeente Rotterdam
“Het is weerzinwekkend dat iemand hiertoe staat is. Het is een zinloze en extreem gewelddadige daad. En dat hoort en mag niet te gebeuren in Rotterdam.”
“De winteropvang is bedoeld om mensen die op straat slapen te beschermen tegen de winterkou. De opvang gaat open als de gevoelstemperatuur 0 graden of lager is. Dat heeft Rotterdam afgesproken met de andere G4 gemeenten. Het is momenteel nog niet zo koud dat de deuren van de winteropvang open gaan. De winteropvang is geen oplossing voor het extreme en nutteloze geweld dat we hebben gezien.”
“In Rotterdam doen we heel veel om dak- en thuislozen een veilige plek te bieden. We vangen bankslapers op en vrouwen die niet meer veilig thuis kunnen wonen in verband met mishandeling. We hebben zelfs een opvang voor dak- en thuislozen met gezelschapsdieren. Daarmee bieden we veel mensen een veilige plek. We hebben sinds juni, als een van de weinige gemeenten in Nederland, ook een opvang voor niet-rechthebbenden. In die opvang werken mensen mee aan het afkicken van drank- en of drugsverslaving en helpen we mensen weer aan het werk, of terug naar het land van herkomst.”
“Helaas lukt het niet altijd om iedereen binnen te krijgen. Er kunnen verschillende redenen zijn waarom mensen niet in de opvang willen of kunnen slapen. Opvang is vrijwillig. Het mag duidelijk zijn: wij vinden de veiligheid van alle Rotterdammers belangrijk. Ook die van mensen die al dan niet vrijwillig op straat slapen.”