Poppy maakt met haar bedrijf Studio Poppies vloer- en wandkleden door te tuften. Dat is een techniek waarbij er stukjes wol door een doek worden geschoten met een apparaat wat lijkt op een boor. “Dit was voor mij de perfecte combinatie van iets met textiel doen maar ook heel grafisch en met tekenen bezig zijn.” Voor nu haalt Poppy haar wol uit het buitenland, maar ze is voor haar afstudeeronderzoek onder andere manieren aan het bedenken hoe de Nederlandse wol een come-back kan maken.
“Tuften is het maken van hoogpolige tapijten. De techniek tuften heet zo omdat er kleine plukjes wol door het stramien worden geschoten en dat plukje wol dat blijft hangen heet een tuft”, vertelt Poppy over de techniek. Maar dat is natuurlijk niet het enige wat er moet gebeuren totdat er een mooi kleed af is. Er moet een groot doek gespannen worden, ontwerpen gemaakt worden, er wordt getuft, gelijmt en geschoren. “Ik weet dat het hele arbeidsintensieve producten zijn”, zegt curator Nicky. “Dat wil ik kenbaar maken aan het publiek die tuften zien als hobbywerk, want dat is het absoluut niet.”
Tijdens de coronapandemie zat Poppy voor haar studie veel achter haar laptop en haar handen begonnen al snel te jeuken. “Ik moet weer gaan maken. Toen kwam ik via social media bij tuften terecht en dit was voor mij de perfecte combinatie van iets met textiel doen maar ook heel grafisch en met tekenen bezig zijn, best of both worlds.”
Nicky vindt het leuk om met jonge makers te werken die innovatief zijn in hun praktijk. “Poppy is daar een goed voorbeeld van, omdat zij ook heel erg kijkt naar het materiaal gebruik. Dus waar haar materiaal vandaan komt en daar doet ze nu ook onderzoek naar.” Poppy wilt zich blijven verdiepen in materialen. “Het is een doel voor mij dat ik geen wol uit andere landen hoef te importeren.”