In de derde aflevering van de serie RTHA-65 jaar kijken we naar de toekomst van het vliegveld: is duurzaam vliegen mogelijk?
Deels in Amsterdamse handen
Ondertussen blijft de hoeveelheid reizigers die het vliegveld bezoeken groeien. Puur en alleen een luchthaven voor zakelijke vluchten, zoals het Rotterdamse vliegveld ooit bedoeld was, is Rotterdam-The Hague Airport op dit moment niet. Tussen 1999 en 2019 is de passagiersstroom gegroeid van zo’n 500.000 reizigers per jaar naar meer dan 2 miljoen.
Daar komt bij dat de exploitatie van de luchthaven in 1990 wordt overgenomen door NV Luchthaven Schiphol. Het Rotterdamse Zestienhoven is nu deels in Amsterdamse handen en daarmee geen gemeentelijke luchthaven meer. Allemaal zaken die de meeste BTV-leden erg dwarszitten. Volgens hen groeit het vliegveld constant onder valse voorwendselen door. “Het is allang geen zakenluchthaven meer, maar de zakelijke vluchten blijven een argument voor het behoud van het vliegveld.”
“Er zou groot economisch belang zijn, maar het vliegveld zelf voorziet in nog geen 100 fte. Het zijn juist de organisaties en bedrijven die gebruik maken van het vliegveld, zoals Transavia en Avia Partners, die zorgen voor omzet,” aldus voorzitter Alfred Blokhuizen. “Het vliegveld zelf is niets meer dan een simpele strook asfalt met een paar grote loodsen erop. De vliegtuigen die daarin staan zijn niet van het vliegveld.” En dus valt het, volgens Alfred, met economische belang van de Rotterdam-The Hague Airport ook wel mee.
Daarnaast nemen de zorgen rondom (ultra)fijnstof steeds verder toe. Hoewel er nog veel onderzoek moet worden gedaan naar de effecten en langetermijnoplossingen, is wel bekend dat ultrafijnstof ontstaat bij verbranding van brandstoffen waar veel zwavel in zit. Een van de adviezen van de Gezondheidsraad is dan ook om het zwavelgehalte van kerosine flink terug te dringen.
Milieu en RHIA
Rotterdam-The Hague Airport is niet blind voor deze problemen, en er wordt vanuit het vliegveld dan ook gewerkt aan oplossingen. Stichting RHIA, Rotterdam-The Hague Innovation Airport, is de organisatie die deze innovatie voor zijn rekening neemt. Ze werken aan ‘een stille, schone en duurzame toekomst voor de luchtvaart’.
“Wij zeggen met z’n allen: ‘we laten innovatie vliegen’”, aldus directrice Miranda Janse. “De stichting is eigenlijk een innovatieplatform.” Dat wil zeggen dat RHIA voornamelijk faciliteert en lobbyt in het samenbrengen van verschillende partijen die vliegen in de toekomst mogelijk duurzamer kunnen maken. “We willen wel blijven vliegen en we denken dat we binnen één generatie, dus binnen dertig jaar, dat helemaal schoon kunnen doen.”
Dat wil RHIA onder andere bereiken door het introduceren van milieuvriendelijke kerosine, Synthetic Aviation Fuel, en elektrisch vliegen. Bij beide technologieën worden, onder andere vanuit BTV, een hoop vraagtekens geplaatst. Het huidige elektrische vliegtuig dat is ontwikkeld op het vliegveld biedt op dit moment plek voor twee mensen – de piloten – en moet bijvoorbeeld na een korte vlucht opnieuw worden opgeladen. “Als je nooit begint, komt er nooit verandering”, zegt Miranda, “maar hoe lang het gaat duren voordat deze techniek grootschalig kan worden ingezet is niet duidelijk.”
Het maken van de synthetische kerosine is volgens haar ‘technologisch mogelijk in het laboratorium’, maar voordat dit in productie kan worden genomen moet er wel vraag zijn vanuit de luchtvaartsector. “Dit wordt niet alleen mogelijk gemaakt door de technologie-partijen, maar ook door de partijen die bereid zijn dit spul te gaan tanken”.
Economisch draagvlak lijkt dus de kern, maar Miranda blijft optimistisch: “De verwachting is dat dit binnen nu en 10 jaar in ieder geval gaat worden gebruikt als bijmenging van de huidige brandstof.” Op de vraag hoe dat proces er binnen 10 jaar concreet uit gaat zien, komt geen sluitend antwoord. Wel zijn er volgens Miranda geïnteresseerden en het RHIA ‘faciliteert hierin in gesprekken’.
Politieke beweging
Een andere manier om de wijken rondom het vliegveld te vergroenen, is natuurlijk een volledige sluiting van Rotterdam-The Hague Airport. Rotterdammer Richard Abbenhuis is hier groot voorstander van, en draagt ook meteen een passende oplossing aan: Rotterdam Central Park. Een plan voor een grote gebiedsontwikkeling waarbij het volledige vliegveld wordt omgevormd tot een groot park, in de stijl van Central Park in New York, met daaromheen een grote woonwijk.
Vanuit de politiek komt er wel steeds meer beweging om aanpassingen te maken aan de huidige vorm van het vliegveld. Groen Links heeft zich daarnaast al eerder uitgesproken tegen het vliegveld en vóór Rotterdam Central Park, het plan waar Richard Abbenhuis zo gepassioneerd over vertelt. Er gaan zelfs geluiden op dat het park-plan in het verkiezingsprogramma van de partij komt te staan. En ook in het concept-verkiezingsprogramma’s van D66 blijkt dat de partij zich in wil gaan zetten tegen de overlast. D66 wil inzetten op “een louter zakelijk Rotterdam-The Hague Airport.” en een “forse afname van het aantal vliegbewegingen.” vanwege de overlast op de omgeving en de milieu-impact.
Hoe het vliegveld er de komende 65 jaar uit zal zien is nog niet duidelijk, maar de passagiers die wij spreken zijn blij dat ze vanuit eigen stad kunnen vertrekken: “Fijn dat het hier kan.”
Heb jij foto’s of video’s met bijzondere gebeurtenissen rond het vliegveld? Deel ze met ons!