Het broedseizoen is begonnen en dat betekent dat veel dieren het Kralingse Bos als een soort kraamkamer gebruiken. Marius is al 18 jaar vrijwilliger binnen het team ‘Kralingse Bos Vrijwilligers’ en onderhoudt samen met alle vrijwilligers wekelijks op woensdag het bos. Tijdens het broedseizoen komt daar een belangrijke taak bij: namelijk het op het rechte pad houden van honden en hun eigenaren.
Marius heeft zowel voor als achter zijn lichaam een bord hangen. Op het bord dat op zijn rug hangt staat: ‘Wij blijven op het pad – broedseizoen. Ook jouw bos is kraamkamer van moeder natuur’. Duidelijk bedoeld om de mensen in het Kralingse Bos er op attent te maken dat ze voorzichtig moeten zijn. “Het is de bedoeling dat alles wat groeit en bloeit niet verstoord wordt. Zoals de vogels, maar ook de konijntjes”, zegt vrijwilliger Marius.
In het Kralingse Bos lijkt in ieder hoekje wel een dier aan het broeden of dan wel te paren. Zo is er een grote karper te zien in laag water, maar ook een gans die op het nest zit. Naast zien, is er ook genoeg te horen. Marius gebaard naar zijn oren en wijst naar een kluit riet. “Hier zit een kleine karekiet. Die is hier dus een nest aan het maken”, legt Marius uit. Het nest is door het dichte riet niet te vinden. “Maar een hond vindt dat dus wel”, stelt Marius. “Hier bij het grote veld aan de plas en in het Kralingse Bos kun je wel lopen, maar neem de hond aan de lijn. Of zorg dat ‘ie op het pad blijft als je hem werkelijk onder controle hebt”, raadt de natuurbeheerder aan.
Iets verder loopt een groepje vrouwen met hun honden, niet allemaal aangelijnd maar wel netjes op het pad. “Een zit aan de lijn. Die heeft oren, maar die lijken er voor niets op te zitten”, grapt een van de vrouwen. Ze doelt erop dat hij nogal eens van het pad loopt. De andere honden snuffelen braaf rond binnen de begaanbare paden. “Als ze wild zouden doen, zou ik ze meteen aanlijnen. Wij zijn dierenvrienden en met het broedseizoen houden we zeker rekening”, stelt een van de vrouwen. “Dat is fantastisch”, reageert Marius. “Ze moeten eigenlijk aangelijnd zijn, maar zolang ze bij jullie blijven is er niets aan de hand”, besluit hij.