De Bigi Spikri-optocht is een groot onderdeel van Keti Koti en heeft dus veel voorbereiding nodig. OPEN-verslaggever Farzana gaat langs in het Oostervant bij de mensen die zich klaarmaken. Zo trekken de vrouwen de koto aan, een traditioneel, kleurrijk kledingstuk dat bestaat uit vele lagen.
Een van de vrouwen die meeloopt met de Bigi Spikri is Tante Helen. Zij weet alles van koto’s. “Voor de slavernij droegen de mensen geen koto in Afrika. De tot slaafgemaakten, toen ze overgebracht werden naar Suriname, liepen in hun blote borsten. Maar de slavenmeesters waren dat niet gewend, dus ze werden hysterisch en konden er niet vanaf blijven. De vrouw die binnenzit, die wordt jaloers. Die wilden dat de slavinnen zich kleden in lange rokken en jurken en hun bovenlijf bedekten. Toen hebben we die koto leren dragen. Het lijkt een beetje op Volendamse klederdracht, maar we hebben het eigen gemaakt.”