Het is weer tijd om tuinvogels te tellen!

Twee mussen, vier parkieten, tien roodborstjes…. Drie dagen lang kunnen Rotterdammers weer mee helpen met het tellen van vogels. Tijdens de Nationale Tuinvogeltelling is het de bedoeling dat er zo veel mogelijk mensen de vogels in hun tuin of balkon tellen.

Het tellen van vogels vindt ieder jaar plaats in januari zodat Vogelbescherming Nederland en SOVON Vogelonderzoek Nederland weten hoeveel vogels in de winter gebruik maken van tuinen. In 2021 kreeg de koolmees de meeste punten, daarna werden de merel en de roodborst het meeste gezien.

Hoe doe je mee?
De bedoeling is om een half uur lang de vogels die een bezoekje brengen aan jouw tuin of balkon, te tellen. Om niet een vogel meerdere malen mee te tellen zonder dat je het door hebt, tel je alleen het hoogste aantal dat op een moment in de tuin aanwezig is.

Van Heggenmussen tot de Woestijnvink
In Rotterdam zijn er zo’n 339 vogels te spotten, volgens Bureau Stadsnatuur. Dit zijn dan bijvoorbeeld Heggenmussen en Houtduiven, die vaak voorkomen, maar ook een Bonte Stern. Deze vogel werd pas in 2012 ontdekt langs de Nieuwe Waterweg. Wil je zelf ook zeldzame vogels spotten? Ga dan naar de Maasvlakte. Hier heb je kans om een Sneeuwuil te zien, of een Woenstijnvink.

Tweelingbroers en biologen Kevin en Marvin zochten uit welke bijzondere vogels je in Rotterdam allemaal tegen kan komen.