Rotterdamse speeltuinen staan onder druk door een groeiend tekort aan vrijwilligers, met gevolgen voor de toegankelijkheid van deze belangrijke speelplekken voor kinderen. Veel speeltuinen zijn afhankelijk van een netwerk van vrijwilligers voor het dagelijks beheer en het organiseren van activiteiten. Door een afname in het aantal vrijwilligers moeten sommige speeltuinen hun deuren tijdelijk of zelfs permanent sluiten. Speeltuinen zijn daarom op zoek naar oplossingen om te zorgen dat ze open kunnen blijven.
Druk op speeltuinen na coronapandemie
Brigitte Vogelaar van Stichting KIDS, die zeven speeltuinen in IJsselmonde beheert, geeft aan dat de situatie na de coronapandemie verslechterd is. De stichting is in 2019 opgericht om een overkoepelende organisatie voor speeltuinen te vormen. “We kunnen vrijwilligers van speeltuinen schuiven zodat activiteiten doorgaan”, vertelt Vogelaar. Toch blijft het een grote uitdaging om vrijwilligers te werven. Vooral taalbarrières en een gebrek aan motivatie vormen obstakels. “Oudere mensen, die vaak de handen uit de mouwen steken, zijn er maar weinig”, vertelt ze.
De impact van het vrijwilligersgebrek is zichtbaar in speeltuin De Torteltuin in Schiebroek, die sinds 26 augustus gesloten is. Ook andere speeltuinen, zoals BSV Kralingse Veer, ervaren de gevolgen. Beheerder Jessica van Ballegooijen zegt: “Ik denk dat ze op de een of andere manier het vrijwilligerswerk weer aantrekkelijker moeten maken. Maar hoe, dat is lastig.” Door het tekort aan vrijwilligers blijven speeltuinen soms gesloten, tot frustratie van bezoekers. “Mensen gaan ervan uit dat je er altijd bent”, voegt ze toe. Speciale evenementen trekken extra hulp aan, maar buiten die periodes is het moeilijker om genoeg ondersteuning te krijgen.
Gemeente en BSW springen bij, maar meer hulp nodig
De gemeente Rotterdam ondersteunt de speeltuinen financieel, maar er zijn meer stappen nodig. De BSW (Buurt- en Speeltuinwerk) werkt samen met verschillende speeltuinen om hen te helpen bij het werven van vrijwilligers. Directeur Bas Goedendorp benadrukt dat we verder moeten kijken dan alleen de fysieke inrichting. “We moeten nadenken over de structuur en wat we vragen van vrijwilligers”, zegt hij. “De BSW is bezig met hoe we de speeltuinen van de toekomst gaan inrichten”, zegt Goedendorp. De speeltuin van de toekomst wordt een inclusieve en toegankelijke ruimte waar kinderen, met en zonder beperkingen, volop kunnen spelen en ontdekken.
Twee jaar geleden maakten wij een reportage over het vrijwilligerstekort bij Speeltuinvereniging Hillesluis. Inmiddels is er veel veranderd en wist de speeltuin het tij te keren. We gingen terug naar Hillesluis en spraken met vrijwilliger Jan Bergsma over de opgeknapte speeltuin en het aantrekken van nieuwe vrijwilligers.
Het succes van de speeltuin komt door een flexibele benadering van vrijwilligerswerk, waarbij ieders beschikbare tijd en vaardigheden worden benut. Zo zegt Bergsma: “Waar in het verleden mensen vroegen om langdurig vrijwilligerswerk te doen, zeggen we nu, wat kan je doen? Hoeveel uur ben je beschikbaar?” Een andere belangrijke factor is de vergroening van de speeltuin, met initiatieven zoals zonnepanelen en waterhergebruik. Dit maakt de speeltuin aantrekkelijker en draagt bij aan het milieu. De speeltuin richt zich ook op inclusiviteit door speeltoestellen te ontwerpen die toegankelijk zijn voor kinderen met een beperking.