Als het aan de Rotterdamse gemeenteraad ligt, wordt er al in juli een nieuwe kandidaat-burgemeester voorgedragen. Daarmee staat de druk op de ketel, ziet ook John Bijl, directeur Periklesinstituut en politiek expert. “Ik vraag me af of het wenselijk is om hier haast mee te maken.”
‘Een strakke, maar haalbare planning’, zo omschrijft de raad het zelf. De raad wil al voor het zomerreces de opvolger van Aboutaleb in beeld hebben. Dit omdat de Commissaris van de Koning, Jaap Smit, in september zijn taken neerlegt. Smit adviseert de raad bij het benoemen van een nieuwe burgemeester. Ook wil de raad voorkomen dat het reces, de zomervakantie voor politici, de gesprekken over een nieuwe benoeming onderbreekt.
In theorie mogelijk
Dat maakt dat Rotterdam relatief snel een nieuwe burgemeester zou hebben. Al twijfelt Bijl, kenner op dit gebied, aan de haalbaarheid hiervan: “Het wordt een uitdaging. In theorie is het mogelijk, maar dan moet er in de praktijk een hoop goed vallen.”
“Het is misschien wel de moeilijkste baan van Nederland”, vervolgt Bijl. “In een stad met aanzien, de haven, maatschappelijke uitdagingen. Rotterdam is toonaangevend voor wat er op politiek vlak gebeurt in het land. Mensen hebben tijd nodig om hier serieus over na te denken. Ik vraag me af of het wenselijk is om hiermee haast te maken.”
Een profielschets, gesprekken, een integriteitsonderzoek; een nieuwe burgemeester is niet zomaar gekozen. En dus spreekt Bijl van een ambitieuze planning. “De vuistregel voor het vinden van een nieuwe burgemeester is 8 maanden. Dus dat wordt een uitdaging. Er is niks mis met deze ambitie, maar hopelijk kunnen ze bijstellen als dat nodig blijkt.”