Raoul schreef in zijn twintig jaar als schrijver voor Vrij Nederland, Het Parool, NRC Handelsblad en publiceerde acht boeken. Op vrijdag twee december kreeg de Rotterdamse schrijver in het stadhuis de Anna Blaman Prijs overhandigd, een bekroning van een waardevol auteurschap in en voor Rotterdam. “Het is fijn om even stil te staan en te zien hoeveel ik eigenlijk heb geproduceerd in die twintig jaar en het is heel fijn dat het gezien wordt.”
“Veel mensen vragen of ik niet te jong ben om de Anna Blaman oeuvreprijs te winnen. A, ik ben niet zo jong als ik lijk, ik ben 39 inmiddels. En b, ik schrijf echt al twintig jaar, sinds mijn achttiende. Dus c, nee ik vind mezelf niet te jong om deze prijs te winnen”, vertelt Raoul. Er zijn de avond van zijn uitreiking meer dan honderd mensen gekomen om hem te feliciteren, waaronder natuurlijk vrienden en familie. “Het optimisme, het hardnekkige optimisme” vertelt een collega-schrijver over wat zij zo goed vindt aan Raoul zijn werk. “Ik vind hem een hele bijzondere, briljante schrijver die zijn emoties weergeeft in zijn boeken. Alles wat hij meemaakt, wat hij doorstaat, wat hij doorleeft”, vertelt zijn vader trots.
Maar de vader van Raoul is de eerste 28 jaar van zijn leven niet in beeld geweest. Zijn vader heeft Raoul via via weten te vinden en stuurde hem een mailtje, waar Raoul ook over vertelt in zijn boek ‘Jaguarman’. “Het eerste gesprek dat we hebben gevoerd is dat ik op mijn knieën ben gegaan, dat ik 28 jaar niet in zijn leven ben geweest. En dat hij mij misschien een klootzak heeft gevonden en dat was terecht.”