Er is mogelijk licht aan het einde van de tunnel voor Kinderparadijs Meidoorn (Kipa) in het Oude Noorden. Door het wegvallen van de subsidie hangt Kipa al maanden een dreiging boven het hoofd. Maar het tij lijkt te keren: mogelijk krijgt het kinderparadijs toch de helft van de oorspronkelijke subsidie, in plaats van niets. De sluiting zou hiermee van de baan zijn.
Wethouder Faouzi Achbar maakte het nieuws dinsdagavond tijdens de wijkraadsvergadering bekend. Het nieuws doet wijkraadslid Bob den Ouden vreugd, maar hij is ook kritisch. “Met het geld zou het pand open kunnen blijven, maar de rest? Er werken ook zo’n vier à vijf pedagogische medewerkers en die mensen moeten ook gewoon betaald worden.” Kipa zou met de helft van het geld open kunnen blijven, maar “dan wordt het feitelijk gewoon een speeltuin zoals alle andere”.
Het is daarnaast ook nog niet zeker of het kinderparadijs de helft van de subsidie ook echt krijgt. Woensdag gaan de begrotingsbehandelingen van start en over twee weken besluit de gemeente Rotterdam officieel over de begroting. “Ik heb er eerlijk gezegd geen hoop”, geeft Den Ouden toe. En al krijgt het kinderparadijs wel de helft van het geld, dan is het nog steeds geen “vaste oplossing”.
Bezuinigingen
Deze zomer maakte de gemeente bekend te willen bezuinigen in de subsidieregeling. Kipa zou hierdoor in financiële moeilijkheden komen en noodgedwongen de deuren moeten sluiten. De 682 ingeschreven kinderen zouden hierdoor hun plek in het Oude Noorden verliezen. “Dit soort instituties zijn zo belangrijk voor het bieden van de juiste ondersteuning. Je biedt kinderen een grotere kans op een prettig leven”, stelde Lieke van der Pol, wijkraadslid van Oude Noorden, eerder al.
Niet alleen volwassenen maakten zich hard voor het behoud van het kinderparadijs. Ook de kinderen deden hun best om Kipa te behouden. Tijdens een commissievergadering van de gemeente Rotterdam begin deze maand vroegen de kinderen om meer geld voor het kinderparadijs. “Ik wil dat Kinderparadijs blijft”, vertelt één van de jonge insprekers. “Ik word er zelf ook door gemotiveerd. Het gaat niet om één kind.” Zij vertelt dat het Kinderparadijs een tweede thuis is voor veel kinderen. “Wat ik kom inbrengen is dat het Kinderparadijs blijft bestaan.”