Wijkbewoners in Schiemond ervaren geluidsoverlast van jongeren en een buurtpreventie, die in augustus van start gaat, moet dat gaan oplossen. Althans, dat is wat de wijkraad Delfshaven-Schiemond hoopt. Daar ontvangen ze klachten over harde muziek, geschreeuw en lachgasballonnen. Ook maken buurtbewoners zich zorgen om de jongeren, in een wijk waar volgens wijkraadslid Fabian Poortvliet niet heel veel te doen is: “Ze zijn een makkelijke prooi voor criminelen.”
De wijkraad Delfshaven-Schiemond gaat samen met betrokken buurtbewoners de wijk in om het gesprek aan te gaan met overlastgevers. “Het is een wens die we al langer voelen”, vertelt wijkraadslid Fabian. “De overlast in de buurt neemt toe, zeker als het lekker weer is. Het is een compacte wijk, dus het geluid – jongeren die buiten tot diep in de avond chillen – echoot tussen de appartementen. Sommige wijkbewoners hebben er slapeloze nachten van.”
“We willen die jongens uit de anonimiteit halen”, vervolgt Fabian. “Dat ze weten dat er op hen wordt gelet. Dat is niet streng bedoeld. Ik wil dat ze zich gehoord voelen. In een wijk waar weinig te doen is, slaat de verveling vaak toe. Wat hebben zij nodig? Met deze vraag kunnen we een hoop overlast tackelen, denk ik.”
Twee initiatiefnemers uit de wijk, waaronder wijkraadslid John Roseval, ontfermen zich over de buurtpreventie. Een eerste meeting heeft al plaatsgevonden en ergens in augustus trekken ze de wijk in. “John is een van de eerste inwoners van Schiemond en daarom geknipt voor deze functie. Ik ben er heilig van overtuigd dat de heren van de buurtpreventie weten hoe ze met die jongeren moeten communiceren. Ze kennen de wijk en kennen ook veel ouders. We willen op een positieve en laagdrempelige manier het gesprek aangaan. Het is voor die jongens anders als er een agent voor hun neus staat.”
Ondertussen wordt er op de achtergrond gewerkt aan een nieuwe wijkboa. Volgens Fabian heeft de gemeente hiervoor al geld vrijgemaakt, en is het enkel wachten op het vinden van de juiste persoon. “Hopelijk kunnen we dan samen de leefbaarheid van de wijk verbeteren.”